RKKSV

Grard verteld: “De bakker (J. van haren), de kleermaker (G. Heijmans) en de fietsenmaker (G. van Lee) hebben zich beziggehouden met de samenstelling van elftallen. Na enkele bijeenkomsten in café Kouwenberg bleek dat ze met ongeveer 25 spelers konden starten, voldoende voor twee elftallen. Ze zochten naar een terrein en kwamen uit bij Hans Korsten. Hij wilde wel een perceel verhuren, maar voor hoeveel?” Niemand van de mannen weet het precies. “Waarschijnlijk voor niets want hij verdiende wel wat geld aan de biertjes die na afloop werden verkocht”, zegt Jo.
Johan: “In het begin betaalde ik 0,15 cent (0,06 eurocent) contributie per maand, dat was toen erg veel!” Het veld moest in die tijd eerst geëgaliseerd, ingezaaid en afgerasterd worden. In het voorjaar van 1947 werd het veld met veel plezier in gebruik genomen.
Cor: “In die tijd werd er eigenlijk in het ‘wild’ gevoetbald. Het was namelijk alleen maar mogelijk om te spelen tegen clubs die in dezelfde omstandigheden verkeerden als de Kruisstraat”. De koeienstallen van Hans deden dienst als kleedkamer en ‘douchen’ ging met een wasteil. “Ach, een beetje water onder de oksels, de handen werden gewassen, snel de kleren aan en het was tijd voor een biertje”, aldus Harry.
Het voetballen was het enige vermaak op de Kruisstraat. Het publiek bestond meestal uit de verloofde (toen werd er nog niet gesproken over een vriendin). Voor de vrouwen was dit ook het enige vermaak. De openingswedstrijd van onze vereniging was tegen Heeswijk voor de beker en werd gewonnen met 6-2.